Zondagmiddag 9 februari klonk in de volle Dorpskerk van Bunnik oude en jonge muziek in verrassende combinaties van instrumenten. De harpist Remy van Kesteren en fluitiste Eleonore Pameijer maakten muziek met ARTO-leden Nancy Braithwaite, klarinet, Prunella Pacey, altviool en Rosina Fabius, mezzosopraan.
Zie ook:
Het eerste stuk Duo voor altviool en fluit van Giuseppe Cambini
(1746 - 1825) werd ingezet zonder gesproken inleiding, de muziek sprak
zelf. Italiaans klassiek waar melodisch thema en begeleiding mooi van
elkaar werden overgenomen.
Ook het laatste stuk van deze middag
werd uitgevoerd zoals voorgeschreven door de componist. Maar tussen
begin en eind klonken verrassingen.
Twee Italiaanse liederen, niet begeleid door luit of theorbe maar door
fluit. In zowel het Selve amiche van Antonio Caldara (barok) als
het Amarilli mia bella van Giulio Caccini (renaissance) bleek de
mooie stem van Rosina Fabius goed te klinken met fluitbegeleiding.
Zoals ook in de liederen van Henry Purcell en Vaughan Williams die na
de pauze werden uitgevoerd.
De Fünf Kommentare zu "Ich ruf zu dir", voor harp en
klarinet was het jongste werk (2012) van deze dag. Het begon met een
weergave van de eenvoudige orgelpartij van J.S.Bach, en varieerde
daarna tot soms schrille en dan weer harmonieuze klanken. De aanwezige
componist Carlos Michans toonde zich tevreden.
Ook de andere instrumenten speelden deze middag een duo met de harp.
Zowel de altviool als de fluit kozen voor de romantiek van
Fauré, met respectievelijk Après un rêve
voor altviool en harp en Fantaisie voor fluit en harp. De
mezzosopraam koos This way to the tomb van Benjamin Britten.
Rosina Fabius en Remy van Kesteren
De laatste “verrassing” was de uitvoering van De
Moldau van Smetana op harp solo. Het groeien van waterstroompjes
tot een echte rivier wordt normaliter verklankt door een heel orkest.
Maar nu door slechts de twee handen en de voet op de pedalen van Remy
van Kesteren.
Het concert werd afgesloten met de Sonate voor fluit, harp en altviool van Claude Debussy (1882 - 1918) geschreven in het begin van de 1ste wereldoorlog. Hier klonk het verdriet over de oorlog, en toch de troost van mooie muziek.
Sonate voor fluit, harp en altviool
Volgens KRC traditie werden de musici bedankt met het aanbieden van
bloemen door de kinderen die het concert hadden beluisterd. En konden
de instrumenten bekeken worden. De harp trok natuurlijk de
meeste belangstelling, en jong talent mocht onder het beschouwend
oog van Remy van Kesteren de concertharp bespelen.
Rudi van Houten